ga naar...

dinsdag 28 februari 2012

Doe de yurls

Wie regelmatig aan ict werkt met de leerlingen, moet dit kennen.
Wie beschikt over een digitaal schoolbord in de klas, kan dit niet missen.
Wie graag al zijn favoriete links bij elkaar heeft in the cloud, heeft er vast al eentje gemaakt.
Ik heb het over... een yurlspagina.

Yurls is een online service, die je toelaat een gratis startpagina aan te maken. Het is een initiatief van Sipke Kloosterman. Op die startpagina kun je je eigen favoriete URL's verzamelen én ordenen. Yurls is een samentrekking van 'your URL's', vandaar.
Maar je kan niet enkel linkjes maken naar websites. Op een yurlspagina is het ook mogelijk om filmpjes, teksten, afbeeldingen, tweets, ... te bewaren.
Op elke computer, over heel de wereld, kan je je eigen yurls bekijken, en als je inlogt met je eigen gebruikersnaam en wachtwoord, kan je ook op elke computer links toevoegen of verwijderen.
Yurls is erg gebruiksvriendelijk en ziet er ook best goed uit.

Je kan zoveel yurlspagina's aanmaken als je zelf wilt. Ik maakte er enkele voor school, maar we hebben ook een yurls gemaakt voor de zonen thuis. Hierop staan de links naar websites waar ze veilig en fijn op kunnen spelen. Ik heb ook voor mezelf een yurls gemaakt, waarop ik persoonlijke links bewaar.

Maar vooral voor het onderwijs is yurls een prachtuitvinding! Wij werken er in de klas aan, in de computerklas en thuis. Ondertussen hebben alle leerjaren in onze school een eigen yurlspagina. Op de schoolwebsite heeft de ict-coördinator ook de link naar deze oefenpagina gelegd. Handig voor kinderen én ouders!

Ouders vinden het trouwens schitterend. Ze weten dat hun kinderen thuis doelgericht aan het oefenen zijn op leerstof die ook in de klas wordt getraind. Ze weten dat de juf de oefeningen heeft bekeken en heeft goedgekeurd, of misschien wel zelf gemaakt. Soms wordt er ook huiswerk gegeven op de yurlspagina.
In het vijfde leerjaar werd de yurlspagina intensief gebruikt door de leerlingen om zich voor te bereiden op toetsen. Ik maakte voor hen dit samenvattingsblad, waarop ze konden noteren welke oefeningen ze maakten en hoeveel percent ze behaalden. PS: Er bestaan nog andere diensten die je toelaten een startpagina aan te maken, zoals Symbaloo. Ik heb het ook geprobeerd, maar ben toch steeds weer bij Yurls beland, al geloof ik best dat Symbaloo ook erg tevreden gebruikers heeft.

- Yurls
- Yurls nieuws en tips (weblog)
- Yurlspagina 3de leerjaar
- Handleiding yurls (met dank aan @HvanSchie)

donderdag 23 februari 2012

Meer dan mascottes

In het 5de leerjaar krijgen onze leerlingen Frans. Enkele jaren geleden introduceerde ik twee Playmobilpoppetjes in de klas, Jean et Julie.


Zonder er teveel aandacht aan te besteden, stond er vanaf 1 september een groen doosje op de kast. Ik dacht dat de kinderen er misschien al wat te groot voor zouden zijn, maar dat viel best mee. Al snel vroegen ze wat er in het doosje zat. Ik deed alsof ik het ook niet wist. Toen stond op een ochtend deze foto op de klasblog.


Het werd al snel duidelijk dat Jean en Julie alleen maar Frans spraken. Gelukkig leerden onze kinderen ook net die nieuwe taal! Telkens wanneer in de klas nieuwe Franse woordenschat was aangebracht, verscheen op de blog een foto waarop Jean en Julie deze nieuwe woordjes actief gebruikten. Vaak ging het om een grapje, of een doordenkertje, meestal één losse foto, soms ook twee opeenvolgende.
De kinderen vonden het erg leuk om te lezen en te begrijpen wat Jean en Julie precies tegen elkaar vertelden. Door hun belevenissen werden Jean en Julie al snel echte klasmascottes.
Ze inspireerden de kinderen ook om te gaan knutselen of om een leuke situatie te bedenken, waarin hun Franse woordenschat van pas zou komen. Zelf een situatie ensceneren, een foto nemen en bewerken... Jean en Julie hoorden er helemaal bij!
In september 2011 verhuisde ik naar het derde leerjaar. Jean en Julie namen afscheid en gaven de fakkel door aan hun Nederlandstalige vriendjes Fons en Fien.
Ook hier zijn de kinderen begeesterd. De eigen Playmobilvoorraad thuis wordt doorzocht om het zelfbedachte verhaal meer vorm te geven. Hier en daar moet de juf een aanzet geven, maar de kinderen werken veel zelf uit en lossen onderweg heel wat problemen op. Hoe werkt het fototoestel? Hoe maak ik een mooie foto? Wat moet in beeld? Welke materialen heb ik nodig om de situatie duidelijk te maken? Hoe schrijf ik dit moeilijke woord? Kan ik hier iets grappigs van maken?
En bij statische foto's hoeft het niet te blijven. Na het zien van een filmpje in stopmotion, worden hiervoor al plannen gesmeed. Maar eerst een goed scenario...

vrijdag 17 februari 2012

Nieuw leven

Tijdens dit schooljaar wordt bij twee kinderen thuis een baby'tje geboren. Ik mocht de afgelopen maanden de spanning en de nieuwsgierigheid van een grote broer in spe meemaken. Enkele weken geleden werd het langverwachte kleintje geboren en zijn komst werd met grote trots verkondigd in de klas. Heel ontroerend!

Een zelfgemaakt cadeautje van de klas kon niet ontbreken. Geïnspireerd door het woordje 'Groeigras', de naam van onze klasblog, ging ik op zoek naar namen van kruiden en bloemen. Ik fantaseerde er ook enkele bij: huilkruid, slaapmos, knuffelmelisse, braafzaad... In het tuincentrum kocht ik een paar pakjes zaadjes en papieren zakjes. Ik maakte etiketten, met plaats voor een tekening en een wens. Alle kinderen schreven een wens op voor de nieuwe baby. In elk zakje deden we een paar zaadjes, die natuurlijk ook echt gezaaid kunnen worden.
Alles werd uiteindelijk verzameld in een doosje, beplakt met papieren gras, en verpakt in cellofaan. Hopelijk is de fiere familie er blij mee!

dinsdag 14 februari 2012

Twitter in de klas, de afterparty

Wat hebben de kinderen en ik nu geleerd van die twee weken getwitter? Ik vroeg het even aan hen…

- We mogen nergens zomaar op klikken. (Q.)
- We leren hoe Twitter werkt. (R.)
- Soms is het moeilijk om maar 140 tekens te gebruiken. (R.)
- Soms wil ik zoveel zeggen, en dan gaat dat niet meer, en dan moet ik weer nadenken. (I.)
- We leren sneller typen. (I.)
- We leren dat iedereen dat kan lezen en dat we niemand mogen uitschelden of lelijke woorden gebruiken. (I.)
- We moeten iets kort uitleggen wat we aan het doen zijn. (R.)
- We leren over afkortingen, zoals bv, dat is bijvoorbeeld. (J.)


Ons Twitteravontuur is eigenlijk een ‘omgekeerd’ verhaal geworden. ‘Ik wil Twitter uitproberen in de klas’ was het startidee. Daarna ben ik op zoek gegaan naar inhouden waarbij we Twitter zouden kunnen toepassen. Tenslotte, doorheen het hele proces – leren door ervaren – probeer ik uit te vissen welke doelen ik bereik door te twitteren in de klas. Helemaal omgekeerd dus.
Nu het project, een groepswerk volgens de clim-methode, afgerond is, kunnen de kinderen en ik dus wel vrij goed verwoorden wat we geleerd hebben van/door het tweeten.
Maar wat zeggen de eindtermen?


Ik nam een duik in de uitgangspunten en eindtermen Nederlands, deelleerplan schrijven. Het leerplan legt in de uitgangspunten veel nadruk op taalvaardigheden die nodig zijn voor het gewone leven. De onderwerpen moeten gekozen worden uit de leefwereld van de kinderen. Het accent ligt op communicatie, taal ‘doen’. Kinderen moeten aan het einde van het basisonderwijs ook strategieën kunnen inzetten bij taaltaken, zoals het onderscheiden van hoofd- en bijzaken. Tijdens taalbeschouwing moeten kinderen leren reflecteren over taal, op hun niveau, in voor hen relevante taalgebruikssituaties. Het ontwikkelen van attitudes neemt ook een belangrijke plaats in in het leerplan: zin hebben in lezen, een eigen mening formuleren, luisterbereidheid tonen.

De leerlingen kunnen (verwerkingsniveau = kopiëren)
4.1 overzichten, aantekeningen, mededelingen op- en overschrijven.
De leerlingen kunnen (verwerkingsniveau = beschrijven)  
4.2 een oproep, een uitnodiging, een instructie richten aan leeftijdgenoten.
De leerlingen kunnen (verwerkingsniveau = structureren)  
4.3 een brief schrijven aan een bekende om een persoonlijke boodschap of belevenis over te brengen.
4.4 voor een gekend persoon een verslag schrijven van een verhaal, een gebeurtenis, een informatieve tekst. 
4.5 een formulier invullen met informatie over henzelf.
4.6 schriftelijk antwoorden op vragen over verwerkte inhouden. 
4.7De leerlingen kunnen voor het realiseren van bovenstaande eindtermen bovendien hun teksten verzorgen rekening houdende met handschrift en lay-out, spellingsafspraken en -regels toepassen in verband met het schrijven van woorden met vast woordbeeld: klankzuivere woorden, hoogfrequente niet klankzuivere woorden, woorden met veranderlijk woordbeeld (regelwoorden): werkwoorden, klinker in open/gesloten lettergreep, verdubbeling medeklinker, niet-klankzuivere eindletter, hoofdletters, interpunctietekens . , ? ! :
4.8*De leerlingen ontwikkelen bij het realiseren van de eindtermen voor spreken, luisteren, lezen en schrijven de volgende attitudes:
- spreek-, luister-, lees- en schrijfbereidheid
- plezier in luisteren, spreken, lezen en schrijven
- bereidheid tot nadenken over het eigen luister-, spreek-, lees en schrijfgedrag
- bereidheid tot het naleven van luister-, spreek-, lees- en schrijfconventies
- weerbaarheid 
5 De leerlingen kunnen vaardigheden/strategieën in verband met luisteren, spreken, lezen en schrijven aanwenden die nodig zijn om de respectievelijke eindtermen te realiseren. Zij houden daarbij onder meer rekening met de totale luister-, spreek-, lees- en schrijfsituatie, de tekstsoort, het verwerkingsniveau zoals die aangegeven zijn in de desbetreffende eindterm.
(http://www.ond.vlaanderen.be/curriculum/basisonderwijs/lager-onderwijs/leergebieden/nederlands/eindtermen.htm)

Het gebruik van Twitter in de klas lokte weinig reacties van derden uit. Zou het komen doordat nog niet veel mensen Twitter kennen/appreciëren? Ik weet het niet. Ik hoorde wel hier en daar 'dat ze er nog veel te jong voor zijn'. Tja, Twitter is niet echt iets van de leefwereld van de kinderen, zoals in de eindtermen staat. Die ouder heeft dus ergens wel gelijk. Onze 8- en 9-jarigen hebben Twitter niet nodig in hun gewone leven.

Maar zijn er dan geen vaardigheden uit het leerplan die de kinderen leren door het tweeten, die ze wél kunnen gebruiken volgens de eindtermen? Het gebruik van social media is in elk geval taal 'doen', communiceren, met ouders, met elkaar, en ook een beetje met mensen die we niet kennen. Spannend! Een belangrijke strategie bij het schrijven - ook een stukje vervat in de leergebiedoverschrijdende eindtermen rond leren leren - is het onderscheiden van hoofd- en bijzaken. Hoe moeilijk dat is, werd heel erg duidelijk tijdens ons project. Onze kinderen werden gedwongen hun opdracht of besluit samen te vatten in 140 tekens. "Oei, juf, ik heb nog maar 25 tekens en ik wil nog zoveel zeggen!" Wat is écht belangrijk in jouw boodschap? Hoe kan je de zin korter maken, zonder dat er info verloren gaat? Kan je misschien afkortingen gebruiken? Kennen wij al afkortingen? "Ja, van de televisie! Dat programma: W817!!!" En daar vertrok een les taalbeschouwing: reflecteren over taal en afkortingen.
Kinderen moeten natuurlijk ook leren om zo correct mogelijk te spellen tijdens het schrijven. Dat kan zeker bij grotere kinderen een aandachtspunt zijn bij het tweeten. In onze klas probeerden we vooral nog te letten op een goede zinsbouw, hoofdletters en leestekens, met wisselend resultaat, dat geef ik toe. Hier is nog werk aan de winkel!

Dus... Twitter zit niet in de belevingswereld van de kinderen, dat klopt. Maar voor hoelang nog? Voor het verwerven van een aantal eindtermen Nederlands (zelfs van leren leren) kan Twitter zeker een mooie bijdrage leveren.
Maar we werken tijdens het twitteren niet alleen aan eindtermen van Nederlands. Ook de eindtermen ict voor het basisonderwijs diepte ik even op.

De leerlingen
1 hebben een positieve houding tegenover ict en zijn bereid ict te gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren.
2 gebruiken ict op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier.
3 kunnen zelfstandig oefenen in een door ict ondersteunde leeromgeving.
4 kunnen zelfstandig leren in een door ict ondersteunde leeromgeving.
5 kunnen ict gebruiken om eigen ideeën creatief vorm te geven.
6 kunnen met behulp van ict voor hen bestemde digitale informatie opzoeken, verwerken en bewaren.
7 kunnen ict gebruiken bij het voorstellen van informatie aan anderen.  
8 kunnen ict gebruiken om op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier te communiceren. 
(http://www.ond.vlaanderen.be/curriculum/basisonderwijs/lager-onderwijs/leergebiedoverschrijdend/ict/eindtermen.htm)

De kinderen vonden het twitteren in elk geval een spannende ontdekking. Zij houden er zeker een positief gevoel aan over, al zag ik wel dat de kinderen na het project 'twittermoe' waren. Ook zij stelden zich een beetje de vraag waarvoor dat tweeten nu precies goed was, denk ik. Misschien zijn de kinderen toch een beetje jong? 
Eindterm 2 is in onze klas al maanden een 'hot item'. Door te werken met de klasblog praten we veel over veiligheid op het internet.
Onze kinderen kregen tijdens het project als opdracht om zelf uit te maken welke info belangrijk is om te verwerken en te delen op Twitter (ET6).
Twitter bleek ook een prima instrument te zijn om informatie aan anderen voor te stellen. Na het groepswerk kon elke groep aan de hand van zijn tweets vertellen aan de anderen waar ze precies mee bezig geweest waren (ET7). Samen evalueren, vragen stellen, tips geven, met de timeline op het Smartboard. Het bleek prima te werken.
Volgens ET8 moeten kinderen leren omgaan met afspraken en regels die gelden in ict-communicatie. Ook hierin hebben onze kinderen, dankzij de klasblog Groeigras, al een hele weg afgelegd. Maar ook Twitter kan hierin zijn plaats vinden, net zoals, in een later stadium, Facebook. 
Het bestaat, en kinderen kunnen er maar beter op tijd wijs mee leren omgaan.

Het carnavalfeestje, georganiseerd en getweet door de kinderen, komt er vrijdag aan. Dit artikel was dus mijn persoonlijke afterparty. De ervaringen, de reacties en de eindtermen moeten nog wat bezinken. Ik ben geneigd om Twitter als een verrijking te zien binnen de klas, een extra manier om te werken aan enkele eindtermen, aan mediawijsheid. Maar Twitter mag niet het doel zijn, zoals dat bij mij - autch! - deze eerste keer wél het geval was. 
Hoewel er dus pro's en contra's zijn, zie ik vooral mogelijkheden. Voor de zekerheid... moet ik misschien gewoon nog eens twitteren met de klas:-) ?
Wordt vervolgd, zeker weten!

zaterdag 11 februari 2012

Online droppen

Hoe heb ik ooit zonder Dropbox gekund?

Voor ik Dropbox kende, ging het dus zo...
Scenario 1: Ik maak een les op de computer thuis, ik bewaar hem op een usb-stick, ik neem de stick mee naar school, ik stop hem in de schoollaptop.
Scenario 2: Ik sleur de laptop mee naar huis, ik maak de les, ik sleur de laptop weer mee naar school.
Scenario 3: Ik maak de les, ik stuur hem naar mijn mailadres van de klas, ik doe 's ochtends mijn mail open en open de les.

Oké, niet sùperonhandig, maar toch... Vaak stond de stick barstensvol met andere documenten. Of ik vergat de stick gewoon thuis. De laptop meezeulen op de fiets was ook niet top, samen met nog zakken verbeterwerk. En via mail... zo'n gedoe!

Dropbox is een internetdienst voor het online opslaan van bestanden. Als je Dropbox installeert op verschillende computers en op je smartphone, kan je met één muisklik de bestanden synchroniseren tussen deze verschillende apparaten. Je kan overal aan je bestanden en ze zijn altijd up-to-date. Bovendien krijg je met een gratis account 2GB aan opslagcapaciteit. Je kan de bestanden ook delen met vrienden. Elk bestand krijgt bovendien een aparte link, zodat je deze documenten zelfs op een yurlspagina of blog kan plaatsen. Ik ben fan! Ondertussen gebruik ik ook SugarSync, die 5 GB online opslag biedt.

Voortaan gaat het dus zo...
Ik maak thuis een les op de computer. Ik bewaar de les in Dropbox. 's Ochtends open ik de les vanuit Dropbox op mijn schoollaptop. Zooooo handig!

Ook dropboxen? Hier vind je een Nederlandse tutorial over Dropbox. Veel plezier!

woensdag 8 februari 2012

Experitweet

Na drie dagen - drie korte twittersessies - even evalueren...

Ik maakte dus een klasaccount aan voor heel onze klas. Voor het groepswerk zette ik deze account open op de drie klascomputers achteraan.
Na een beknopte uitleg over Twitter gingen de kinderen aan het werk met hun project. De verslaggever kreeg de opdracht om ook even het besluit van hun opdracht te tweeten.

Heel wat dingen gingen nog moeizaam. Er was erg weinig plaats aan de klascomputers, en iedereen wilde toch graag even meekijken hoe het moest. Daardoor was het soms drummen in de computerhoek. Bovendien bleek één computer toch wel héééél traag te zijn.
Vandaag wist iedereen hoe het moest en kwamen de verslaggevers wat meer gespreid tijdens het groepswerk, dus dat praktische probleem - buiten die trage computer dan - was opgelost.
Voor onze 8- en 9-jarigen bleek het maken van een mooie zin met maar 140 tekens een moeilijke opdracht. Vandaag ging het al wat beter, nadat ik per groepje mee ging nadenken over een goed besluit dat kon getweet worden.
In de tweets staan ook veel spellingfouten. De kinderen weten dat ze erop moeten letten, maar ze zijn natuurlijk ook nog in een leerproces. Sommige spellingregels kennen ze gewoon nog niet. Ik vind dit ook niet echt een prioriteit. We blijven eraan werken, maar maken er geen aandachtspunt van.
De kinderen vinden Twitteren bijzonder spannend. Ze zijn erg nieuwsgierig en gemotiveerd om te gaan tweeten. Een 'tweet' vinden ze ook een sù-per-grappig woord. "Haha... juf! Een TWIET! Hihihi!!!"
Ik vroeg me vorig weekend af of Twitter in de klas wel zinvol is. Ik ben er nog steeds niet uit. De kerngedachte van een opdracht samenvatten in 140 tekens vind ik wél erg zinvol. Wat hebben we net geleerd/gedaan? Wat moeten we onthouden? Hoe kan ik heel kort schrijven aan anderen waar we net 20 minuten over gediscussieerd hebben?
Ook als plenum of reflectie na de les zijn de tweets erg handig. We bekijken op het Smartboard de timeline. Wie heeft wat gedaan? Wat heeft elke groep geleerd? Wie wil reageren? Zijn er vragen van anderen?
Ik hou het dus nog even vol de komende dagen. Ik vraag me ook heel erg af of onze tweets wel interessant/betekenisvol/verhelderend zijn voor de buitenwereld...:-)
Reageren mag dus altijd. Tot de volgende TWIET!

maandag 6 februari 2012

Wij worden tweeps

Ja, ik twitter.
Het is moeilijk om aan niet-twitteraars uit te leggen wat precies de waarde is van Twitter. Ik tweet zelf over de berichten van onze klasblog Groeigras en van deze edublog. Ik volg mensen uit het onderwijs. Zo kom ik veel interessante berichten, artikels en websites tegen, die ik dan goed bewaar, in Evernote of op mijn persoonlijke yurls. Ik vind dat ik er wel wat 'wijzer' van word.
Terwijl ik op Facebook heel veel dingen lees die ik niet hoef te weten of wil weten, kan ik op Twitter heel gericht mensen volgen, net omdat ik vind dat ze interessante tweets plaatsen. Kort, bondig, 140 tekens, niet teveel blabla.

Omdat ik experimenteren met sociale media in de klas spannend vind, probeer ik momenteel ook Twitter uit in de klas. Ik ben er nog niet uit of het wel zinvol is voor kinderen van 8 of 9 jaar. Dat hoop ik al doende te ontdekken. Er zullen vast wel voor- én nadelen zijn aan twitteren met de klas.
Ik was vooral benieuwd naar hoe de kinderen en ik dit praktisch zouden aanpakken. Ik heb een account voor onze klas aangemaakt, https://twitter.com/klasjufhilde. Tijdens ons huidige project, het organiseren van een feestje volgens de CLIM-methode, brengen de kinderen ook verslag uit via Twitter. We worden dus allemaal tweeps*!

Omdat ik vermoed dat niet veel ouders op Twitter zullen zitten - helaas zelfs niet veel Vlaamse onderwijsmensen - heb ik er ook voor gezorgd dat onze tweets te lezen zijn op de klasblog.
Ik ben benieuwd hoe dit experiment verder gaat!

* Twitter + peeps = mensen die twitteren :-)
Nog meer twitterinspiratie bij @lindahumme en @vanjanssens.

vrijdag 3 februari 2012

Allemaal maatjes

Kinderen zijn best in staat elkaar vooruit te helpen in de klas. Daarom werk ik vaak in partnerwerk. Elk kind heeft in onze klas een vast leesmaatje en een vast rekenmaatje. Ook ik heb maatjes. I. is mijn tijdmaatje, zij geeft aan wanneer ik te snel ga en de klas niet kan volgen. En M. is mijn computermaatje. Ik leer hem omgaan met de spraaksoftware op de computer.

Het gebeurt wel eens dat ik 'willekeurige' duo's nodig hebt. In het verleden zei ik dan: "Ga eens snel per 2 staan!" Maar ja, dat 'snel', dat was écht niet haalbaar... Altijd bleef er wel een leerling over, of wilden sommige kinderen groepjes van 3 of zelfs 4. Dat werkte dus niet.

Sinds kort heb ik daar wat op gevonden. Naast een reken- en leesmaatje, hebben de kinderen ook een klokmaatje. In de klep van hun schoolbank hangt een papieren klok. Op de plaats van de cijfers, staan bij ons de namen van vriendjes. In de eerste week van september zijn we 10 minuutjes zoet met het zoeken naar onze klokmaatjes. Op deze foto schrijven twee vriendjes elkaar op als 1-uurmaatje.

Moeten ze tijdens het zelfstandige werk per 2 werken? Dan werken we deze week met ons 4-uurmaatje. Per 2 in de klasrij staan? Zoek je 5-uurmaatje! Spelletje spelen? Dat mag met je 10-uurmaatje.

'Snel' in duo's werken? Het gaat dus wel!
(naar een idee van B. Newingham via @klasvanjuflinda)